In de meeste gevallen wordt er gekeken naar welk deel van een plant iets is. Fruit is in alle gevallen de vrucht van een plant, denk bijvoorbeeld aan een banaan. Groenten kunnen andere delen van een plant zijn zoals spinazie, wortelen, bleekselderij enzovoorts.
Tomaten, courgettes en komkommers zijn de uitzondering op de regel, dit zijn immers de vruchten van een plant maar vallen toch onder de noemer groente. Dit komt doordat vrucht-groenten zoals tomaat en paprika niet aan een houtig gewas groeien.
Gaat het dus om de vrucht van een plant, dan is het fruit. Als het gaat om bijvoorbeeld de wortel, stengel, blad of knol? Dan is het groente. In het woordenboek van Dale staat groente gedefinieerd als "planten die de mens als voedsel dienen". Voor fruit staat er "eetbare vruchten".