Waterdrieblad

• Latijnse naam: Mentyanthes trifoliata
• Familienaam: Gentiaanfamilie (Gentianaceae)
• Overige namen: Koortsklaver, scheurbuikklaver.
• Buitenlandse namen:
  • Engels: Bog-bean
  • Frans: Trèfle-d’eau
  • Duits: Fieberklee
  • Italiaans: Trigoflio fibrino
  • Spaans: Hoja de trébol
• Oorsprong: In Rusland tot aan de poolstreek.
• Vindplaats: In Nederland in veenmoerassen, vennen en vochtige duingebieden.
• Kweek: Te vermeerderen door scheuren. Poten in drassige grond of ondiepe meertjes.
• Verduurzamen: Bladeren plukken in het voorjaar. Vers gebruiken of te drogen hangen.
• Toepassing spijs en drank: De wortel van waterdrieblad is eetbaar maar niet erg lekker, eerder bitter en bijtend. De bijtende smaak werd ervan afgehaald door de wortel te drogen, te verpulveren en vervolgens te wassen. Daarna werd van het meel een brood gebakken onder de naam famine bread of ´hongerbrood´. Dit werd gegeten als er echt niks anders te eten was. Het was - of is voor in de toekomst - een echt noodvoedsel.

Ga terug naar het overzicht van de Kennisbank voor koken.